Heidelbergse Catechismus, zondag 40

Orde van dienst (Middelburg morgendienst)
Psalm 93
Psalm 23,1
lezen Romeinen 12:9-21
Psalm 5,1-4.9.10
Zondag 40
Psalm 55,9.10
Gezang 38,1.7-9

Orde van dienst (Middelburg middagdienst)
Psalm 93
Psalm 97,1.5
lezen Romeinen 12:9-21
Psalm 5,1-4.9.10
Zondag 40
Psalm 55,9.10
Gezang 38,1.7-9

Loenen-Abcoude 04/12/94
Weesp-Nigtevecht 04/12/94
de houdbaarheidsdatum van deze preek is verstreken

<<<


Broeders en zusters, geliefd in onze Heer, Jezus Christus,


U zult niet doodslaan. In al zijn kortheid passeert ons iedere zondagmorgen ook dit zesde gebod. God verbiedt ons in dit gebod iemand 'wederrechtelijk te doden'. Dat is vanzelfsprekend, zo in het algemeen ook in onze samenleving. God verbiedt ons in dit gebod met zoveel woorden niet meer dan dat, wat ook de overheid ons in ons nederlandse wetboek van strafrecht verbiedt. Uitgesplitst in zijn verschillende vormen gaat het dan erom dat we ons niet mogen schuldig maken aan moord (iemand doodmaken met voorbedachten rade), aan doodslag (iemand doodmaken zonder voorbedachten rade, in drift of zo), of aan 'dood door schuld' (dat wil zeggen dat we op een verwijtbare manier de oorzaak ervan worden dat iemand sterft; bijvoorbeeld dat je door rood licht rijdt en iemand komt om onder je auto). Dat dit allemaal niet goed is, is vanzelfsprekend. Dit is dan ook een sprekend voorbeeld van een gebod waarbij we zomaar meteen naar anderen kijken, een gebod dat we eerder verbinden met nieuwsberichten over moord en doodslag, aanslagen en ongelukken, abortus en euthanasie, dan met ons eigen leven.

Het mag ons bij al die vanzelfsprekendheid opvallen, dat de Catechismus in Zondag 40 drie vragen en antwoorden aan dit gebod besteedt. Kennelijk is hier meer aan de hand. Dat 'meer' ontdekken we als we over dit gebod nadenken en het horen klinken in het geheel van de bijbelse geboden, aansporingen en vermaningen. Als we over dit gebod nadenken. Kijk maar in antwoord 106: door de doodslag te verbieden leert God ons ook meer. Op zichzelf verbiedt God in dit gebod niet meer dan 'wederrechtelijk doden', maar daardoor leert Hij ons meer. Als we dit gebod horen klinken in het geheel van de bijbel. Kijk maar in antwoord 107: we worden door dit gebod herinnerd aan die andere geboden van het in allerlei vorm liefhebben van je naasten, tot aan je vijanden toe. Laten we eens proberen die twee dingen: God leert ons meer èn Hij gebiedt ons meer, met elkaar te verbinden in één formulering. Dan zien we in één keer ook dit gebod midden in ons eigen leven staan, oordelend over goed en kwaad, stimulerend tot het goede. Al nadenkend over dit gebod zou je kunnen zeggen: U zult niet wederrechtelijk doden houdt in: U zult aan anderen het leven niet onmogelijk maken. Al luisterend naar de brede boodschap van de bijbel zou je kunnen zeggen: God wil van ons dat wij aan anderen het leven juist mogelijk maken.


Als we het zo zeggen, dan worden we ook meteen weer herinnerd aan dat grote gegeven dat Gods geboden niet van een vreemde komen. Wij kennen onze God, we weten wie Hij is. Als er één ding is dat we van God kunnen zeggen is het, dat Hij het is die ons het leven mogelijk maakt. Als er één woord is dat bij God past, dan is het het woord 'mogelijkheden'. In Christus maakt Hij ons het leven zelfs opnieuw mogelijk. Hij redt ons uit de doodlopende weg van onze zonden, van onze verkeerde daden, en geeft ons een overvloed van nieuwe levensmogelijkheden in Hem. Hij is de God van altijd meer mogelijkheden dan je denkt. Het is deze onze God, die ons het leven mogelijk maakt, die ons verbiedt aan elkaar het leven onmogelijk te maken, maar ons juist leert elkaar het leven mogelijk te maken. Dat is gelijk de kern van deze preek: God, die ons het leven mogelijk maakt, verbiedt ons elkaar het leven onmogelijk te maken; Hij wil juist dat wij elkaar het leven mogelijk maken.


U zult niet wederrechtelijk doden, het leert ons: U zult elkaar het leven niet onmogelijk maken. Daarmee zijn we terecht gekomen in de sfeer van onze onderlinge relaties. Elkaar het leven onmogelijk maken, dat doe je immers juist in directe verhouding tot elkaar. Door dagelijks gemopper, steeds terugkerende rotopmerkingen, door elkaar systematisch te negeren, door elkaar geen ruimte te geven, door te pesten, door steeds maar te zeggen: dat kun jij toch niet, allemaal voorbeelden van het onmogelijk maken van elkaars leven, allemaal spelen ze in onze verhouding tot elkaar. En het is uiteindelijk moord. De uitdrukking is niet voor niets: iemand doodzwijgen. Want wij leven als mensen in en door onze relaties met anderen. Over een aantal ervan hebben we het vorige week al gehad, toen het ging over de levensverbanden waarin God ons plaatst en waarvan Hij wil dat wij ze respecteren. Hij wil dat juist omdat Hij ons door die levensverbanden tot ons recht wil laten komen. Je bent wie je bent mede door of dankzij je ouders. Ik heb toen ook al gezegd: dit leert ons meteen dat het niet klopt als mensen zeggen dat wij in de eerste plaats op onszelf, als individu, mens zijn. We zijn mens in relatie, in verhouding met andere mensen, en daarom wil God dat wij goede verhoudingen met elkaar hebben, want dan hebben wij ook een goed, een echt menselijk leven.

Kijk maar naar jezelf. Je voelt je goed, je voelt je gelukkig, als er anderen om je heen staan die je waarderen, vrienden die je steunen, die ook je onhebbelijkheden kunnen hebben. Wil je echt jezelf kunnen zijn, dan moet je ook het gevoel hebben dat je hoort bij anderen, dat je een thuis hebt. Je komt niet tot je recht als de persoon die je bent zonder anderen. Op je eentje kun je jezelf wel in leven houden, maar niet echt léven. Er wordt tegenwoordig nogal eens gesproken over de kwaliteit van het mensenleven. Meestal gaat het dan over ziekten of handicaps. Geestelijk gehandicapten, zwaar en ongeneeslijk zieken, lichamelijk zwaar gehandicapten, ze zouden een lage kwaliteit van leven hebben. Maar mensen die goed gezond, jong en sterk - en ook vaak nogal wild - zijn, die zouden een hoge kwaliteit van leven hebben. Dat is gevaarlijke flauwe kul. Je kunt nog zo gezond, jong en sterk zijn, als je geen echte relaties met anderen hebt, bijvoorbeeld alleen maar van die buitenkant-relaties via maskers en houdingen, dan heb je een buitengewoon lage kwaliteit van leven. Je kunt doodziek of zwaar gehandicapt zijn, als er mensen om je heen staan die van je houden, dan is je levenskwaliteit hoog. Menselijk leven heeft weinig met houdingen en alles met ver-houdingen te maken. Mens zijn we in verhouding tot andere mensen.

En dat staat niet los van God. Juist zo zijn we naar Gods beeld geschapen. Lees maar wat er staat in Genesis 1,27: En God schiep de mens naar zijn beeld, let wel, niet maar de mens Adam, maar de soort mens, man en vrouw schiep Hij hen. Alleen samenleven verdient de naam leven, want dat is het leven dat God zelf heeft, als Vader, Zoon en Geest. Zijn leven is samen-leven. Zo is ook het leven dat Hij geeft samen-leven. Mens ben je nooit alleen, maar altijd samen.


Maar dat maakt ons meteen buitengewoon kwetsbaar. In die verhoudingen kunnen we elkaar het leven niet alleen mogelijk, maar ook onmogelijk maken. Daarvan is iemand doden alleen maar het meest radikale en definitieve voorbeeld. En zoals meestal met radikale en definitieve voorbeelden, komt dat naar verhouding niet vaak voor. Dat sluipschutters mensen het leven onmogelijk maken, definitief door een kogel, of radikaal, alleen al door de dreiging van een kogel, dat verbinden we direct met dit gebod. Maar sluipschutters staan hier gelukkig niet om de hoek van de straat. Toch zitten we hier in de kerk als mensen die elkaar op allerlei manieren het leven onmogelijk maken. Alleen, meestal blijft het bij van die 'kleinigheden' die wij zelf nauwelijks met dit gebod verbinden. Maar wat pesten, wat treiteren, wat mensen buiten de groep houden werkelijk betekent, dat merken we als er iemand is die zichzelf doodt omdat het hem of haar is overkomen. Wat een continue stroom van negatieve opmerkingen (van: wat zie jij er stom uit, dat kun jij toch niet, tot: jij kunt ook helemaal niks, ik kan je ook nooit iets toevertrouwen) allemaal aanricht, dat zien we als iemand onder andere daarom moet worden opgenomen. Wat niet praten en langs elkaar heenleven werkelijk betekent, dat zien we als ons huwelijk op de klippen loopt. Wat jezelf, of je vrouw of kinderen overvragen met veel te hoge eisen en verwachtingen werkelijk betekent, dat merken we als we een hartinfarct krijgen of die anderen aan die hoge eisen kapot zien gaan. Enzovoort. Ik heb de indruk dat als ik het heb over elkaar het leven onmogelijk maken, iedereen zo wel zijn voorbeelden kan aanvullen.


En laten we maar goed beseffen: God weet alles van elkaar het leven onmogelijk maken. Juist daarom geeft Hij ons dit gebod en vele dergelijke geboden. God is niet wereldvreemd. Als er iets is dat God zelf van mensen uit eigen ervaring kent, dan is het dit, dat mensen elkaar het leven niet alleen zuur, maar ook onmogelijk kunnen maken. Als er iemand is die eindeloos genegeerd, doodgezwegen, getreiterd en door de modder gehaald is, dan is het God zelf. Als er iemand is die wederrechtelijk gedood is, dan is het Christus Jezus. Als er iemand is die bedroefd wordt, dan is het de Geest. God weet wat Hij verbiedt als Hij zegt: u zult niet wederrechtelijk doden. God weet wat Hij ons leert als Hij zegt: u zult elkaar het leven niet onmogelijk maken. God weet ook wat Hij straft als Hij de mensen ook om de overtreding van dit gebod in het oordeel laat komen. Wie hier gepest wordt, wie hier genegeerd wordt, wie vertrapt en gekleineerd en op zijn ziel getrapt wordt, die vindt in God een bondgenoot - en wie het doet een tegenstander. Wreekt uzelf niet, geliefden, maar laat plaats voor de toorn, want er staat geschreven: Mij komt de wraak toe, Ik zal het vergelden. Het is maar dat we het weten - het mag ons troosten en, andersom, reden te meer zijn om op te houden met elkaar het leven onmogelijk te maken.


De God die ons het leven mogelijk maakt wil niet dat wij elkaar het leven onmogelijk maken. Binnen het geheel van de bijbel beginnen dan gelijk allerlei andere geboden te klinken waarin God ons laat weten dat Hij wil dat wij elkaar het leven juist mogelijk maken. God wil dat wij het goed hebben. Hij wil dat we elkaar het leven juist mogelijk maken, door werkelijk samen te leven in liefde, met oog voor elkaar. Hij wil niet dat wij elkaar beschadigen in onze relaties, soms ten dode toe, maar juist dat wij elkaar opbouwen en in bloei zetten. En vergeet nooit: God weet wat Hij daarmee van ons vraagt. Als wij, als zondige mensen, door God geleerd worden elkaar lief te hebben, elkaar te vergeven en opnieuw te beginnen, over onze vaak zo gekoesterde gekwetstheid heen te stappen, dan is dat niet niks. Zegent wie u vervolgens, zegent en vervloekt niet. Dat is niet niks. Vergeldt niemand kwaad met kwaad; hebt het goede voor met alle mensen - ook met onmogelijke mensen. Dat is niet niks. Je niet af te keren van die ander, die jou altijd maar negeert en niet ziet staan. Dat is niet niks. Niet te haten wie je leven verwoest heeft, dat is niet niks. Overwin het kwade door het goede, het is voor mensen de zwaarste overwinning die er zijn kan. Dat kun je alleen door je zo sterk mogelijk te realiseren wie het is die dat van je vraagt: de God die ons leven mogelijk maakt, tot op vandaag toe, en ondanks alles; de God die ons leven opnieuw mogelijk heeft willen maken door de overgave van zijn Zoon in de dood; de God die ons in dit alles, dit zo eindeloos zware, is voorgegaan.


Geduldig, vredelievend, zachtmoedig, barmhartig (dat is vol medelijden) en vriendelijk zijn, andermans schade zoveel mogelijk voorkomen, en ook onze vijanden goed doen, dat kunnen we alleen als we Christus volgen als de Leidsman van ons geloof. Hij heeft, in alle geduld, vrede, zachtmoedigheid, medelijden en vriendelijkheid, ons leven weer mogelijk willen maken. Daarom betekent dit gebod: u zult elkaar het leven niet onmogelijk maken, in het nieuwe testament zoveel meer. Het betekent niet alleen: menselijk leven is samen-leven, dus maak elkaar het leven mogelijk door goede relaties met elkaar te hebben, door elkaar lief te hebben, door te luisteren, door er voor elkaar te zijn, door elkaar te steunen, door een thuis te vormen voor elkaar. Maar het betekent ook: verdraagt elkaar en vergeeft elkaar, begin opnieuw met elkaar, maakt elkaar het leven opnieuw mogelijk, als navolgers van deze Christus. Doe het maar, dan zal blijken dat er veel meer mogelijk is dan u denkt. Want Gods geboden komen niet van een vreemde. Amen.


<<<