Heidelbergse Catechismus, zondag 41

Orde van dienst (Kampen morgendienst)
Psalm 147,1
Psalm 147,7
lezen Hooglied 1,1-2,7
Psalm 45,1.4.5
lezen 1 Korintiërs 6,12-20
Zondag 41
Gezang 16
Liedboek gezang 107

Loenen-Abcoude 07/03/99
Voorburg 26/09/99

<<<


Broeders en zusters, geliefd in onze Heer, Jezus Christus,


Vanmorgen gaat het over seks in de kerk. Spannend hè? Die spanning wil ik er graag in houden. Dus moeten we het maar eens hebben over wat er allemaal niet mag.

Ik bedoel niet dat we beginnen met op een rijtje te zetten wat ik vind dat God of de kerk vinden dat er niet mag. Want dat is erg saai. We weten allemaal dat er in ons land van dominees en kooplui maar twee zonden zijn die echt als zonde tèllen: die tegen dit zevende gebod, en die tegen het achtste: niet stelen. Ik geloof bovendien niet dat er iemand terug wil naar het misverstand dat in Gods naam zo'n beetje alles rond seksualiteit verboden kan worden behalve één snel standje binnen het huwelijk.

Nee, het gaat me om dat éne erge, dat volstrekt taboe is in de huidige publieke opinie, dat éne dat zo volstrekt belachelijk is dat je het bij voorbaat kunt vergeten nog serieus genomen te worden als je het er over hebt. Dit éne erge wordt zo volstrekt genegeerd, dat we er alleen nog maar een ouderwets woord voor hebben: kuisheid. Zo groot als vroeger het taboe was op seks vóór of buiten het huwelijk, zo groot is tegenwoordig het taboe op géén seks voor of buiten het huwelijk. Zo groot als tientallen jaren het taboe was op naaktheid en lichamelijkheid, zo groot is nu het taboe op schaamte. Zo groot als vroeger de hypocrisie was van de mensen die naar buiten fatsoenlijk deden, maar in het donker niet alleen de kat knepen, zo groot is nu de hypocrisie van de mensen die vinden dat alles moet kunnen en mogen, maar verontwaardigd doen over kinderporno en seksueel misbruik.

Als we serieus willen omgaan met dit zevende gebod in ons eigen leven moeten we ons die situatie om ons heen en deels ook in ons eigen hart goed indenken. Wie anno 1999 God wil dienen en Hem ook met zijn of haar lichaam wil verheerlijken, die kan rekenen op stevig commentaar en onbegrip. Misschien krijg je respect om je persoonlijke integriteit, maar je wordt niet makkelijk serieus genomen. En trouwens, zelf staan we over het algemeen ook niet zo stevig in onze schoenen. Zo'n stukje catechismus over onreine daden, gebaren, woorden, gedachten, begeerten en wat de mens daartoe verleiden kan, roept vooral de verzuchting op van: ja, dan moet je wel in een klooster gaan, zonder televisie, en je gezicht op straat niet meer laten zien. Op allerlei concrete punten is de praktijk ook onder christenen al lang aan het veranderen. Wie is er nu nog maagd op zijn trouwdag? Moet je elkaar dan niet leren kennen, ook in bed? Wat is er eigenlijk tegen topless zonnen? Of tegen functionele naaktscènes in een film of op televisie?

Daarom gaan we het vanmorgen maar eens een preek lang over kuisheid hebben. En dan niet in de zin van wat er allemaal niet mag, maar positief. Welbewust tegenover wat er zo allemaal in de lucht hangt, wat je op tv ziet en op straat, tegenover wat er ook in ons hart allemaal krioelt aan ideeën. Maar positief, want Gods geboden zijn er niet voor om ons leven te knechten, maar om ons uit te dagen het goede te doen.

Ik ga vanmorgen mijn thema lenen bij Paulus, omdat die precies aangeeft waar het hier om gaat. Het gaat er in dit gebod onder andere om dat wij God verheerlijken met ons lichaam. Die opdracht is veel omvattend, bewust, en positief.


God verheerlijken met je lichaam, dat is een heel veel omvattende opdracht. Daar moeten we maar eens mee beginnen, al is het alleen al tegenover de alomtegenwoordige gedachte dat seks heel belangrijk is. In het voorgaande heeft Paulus een nauw verband gelegd tussen de Heer, Jezus Christus, en ons lichaam: het lichaam is voor de Heer en de Heer voor het lichaam. En dat de Heer voor het lichaam is, blijkt in de komende opwekking van ons lichaam. Dat zijn alles omvattende perspectieven. Het gaat bij dat God verheerlijken met ons lichaam dan ook om alles wat wij met ons lichaam kunnen en zijn, om ons heel concrete bestaan hier. Daarbinnen is seksualiteit een onderdeel met eigen rechten en een eigen plaats, maar: een onderdeel, en zeker geen verplicht onderdeel.

Dat is wel wat ons van alle kanten verzekerd wordt: seksualiteit en dan vooral seksuele gemeenschap is een verplicht onderdeel van iedere relatie tussen man en vrouw die iets meer voorstelt dan zakelijkheden. Met een goede vriend of vriendin, een collega met wie je het goed kunt vinden, ga je óók naar bed. Anders doe je jezelf tekort.

Maar deze algemene boodschap is niet waar. En dat moeten we ons goed bedenken. Want heel gemakkelijk nemen we toch de grote fixatie op seks en lichamelijkheid over. En dan loop je zomaar met een brok frustraties rond. Frustraties dat je getrouwd bent, of juist niet getrouwd bent, frustraties dat God ons vrije seks verbiedt, frustraties dat ons dat ene zo belangrijke verboden wordt. Laten we nuchter blijven. Je bent echt niet gehandicapt als je je moet onthouden. Je hebt talloze andere dingen te doen met je lichaam. Je kunt ermee werken, mee sporten, mee zorgen, mee helpen, je kunt je arm ook gewoon eens om iemand heen slaan. Allemaal dingen waardoor je God kunt verheerlijken met je lichaam. Dat geldt voor iedereen, getrouwd of ongetrouwd, jong of oud.

En niet alleen is ons lichaam voor veel meer bedoeld dan voor seks, ook onze relaties omvatten veel meer. Gelukkig maar. Laten we er maar goed op letten. Die nuchterheid is een eerste ingrediënt van christelijke kuisheid. Als je onderling iets opbouwt, op je werk, in de gemeente, vraag dan naar de ander zelf, naar allerlei facetten van die ander, zie elkaar werkelijk in de ogen, dan is de verleiding veel minder groot om je ogen over het lichaam van de ander te laten gaan. Als je werkelijk een relatie hebt in je huwelijk, dan kun je ook best een tijdje zonder seks. En vóór je huwelijk heb je zat andere kanten van elkaar te leren kennen dan die éne van de seksualiteit.


Dat is echt iets om op te letten, want het hangt enorm in de lucht om elkaar te reduceren tot maar één of een paar facetten van wie we zijn. We zijn niet geïnteresseerd in Turken of Marokkanen, maar kijken alleen naar hun allochtoon zijn. Net zo zijn we zomaar niet geïnteresseerd in de complete ander, maar alleen in zijn man-zijn of haar vrouw-zijn. Als je vriend of vriendin je vóór je huwelijk prest om naar bed te gaan is dat een reden om niet alleen dat niet te doen, maar zelfs om nog eens goed na te denken of je wel moet trouwen. We gaan met elkaar om als complete mensen en niet alleen als lust-objecten.

God verheerlijken met je lichaam, dat is iets veel omvattends. Laat dat éne onderdeel, de seksualiteit, daarbij niet alles overschaduwen. Dat was het eerste, laat ik het zo eens zeggen: seks is geen eerste levensbehoefte. Dan zijn we vlak bij het tweede: seks is geen levensbehoefte.


In de tweede plaats zei ik dat dit God verheerlijken met je lichaam ook een bewuste zaak was. Het is iets wat je doet, iets waar je bij nadenkt, iets waar je ook iets mee zegt. Dat is nu net het menselijke aan al onze daden. Dieren hebben geen bewustzijn in deze zin, ze doen eigenlijk geen dingen. Ze zijn er, ze functioneren, en God heeft ze zo geschapen dat ze dat ook goed kunnen op hun eigen terrein. Zo dienen ze tot verheerlijking van God, maar ze verheerlijken zelf God niet. Dat kunnen alleen mensen. Bewust iets zeggen met je lichaam, dat is menselijk. Seks als iets waar je je in uitleeft zonder dat er meer achter zit is niet menselijk. Dan leef je of je geen ziel hebt, maar alleen hormonen.

Het is verhelderend om seksualiteit te vergelijken met een taal, met woorden spreken. Met seksualiteit zeg je iets, druk je iets uit. Het is een taal met heel veel nuances en schakeringen. Seksualiteit is heel veel omvattend. Het begint bijvoorbeeld al met wat je uitdrukt door je manier van kleden en presenteren. Kom je ergens in sjieke kleren dan zeg je daarmee dat jij, als de persoon die je bent, de gastheer of -vrouw waardeert. Kom je in je dagelijkse kloffie, dan zeg je daarmee: je neemt me maar zoals ik ben, of, in een andere situatie: jij neemt me wel zoals ik ben. God verheerlijken met je lichaam doe je nu, door met je lichaam de waarheid te spreken onder dank aan God.

Je spreekt altijd met je lichaam, maar heel gemakkelijk spreek je de waarheid niet. En dat is heel gevaarlijk, voor jezelf en voor elkaar. Net als alle liegen en bedriegen richt het schade aan in ons hart. Misschien nog wel meer, omdat we toch op de een of andere manier, de taal van het lichaam meer vertrouwen dan de taal van alleen maar woorden. Als je spreekt met je lichaam en er zit niets achter, of iets heel anders, is de teleurstelling des te groter. Een van de vervelende kanten van onze verseksualiseerde samenleving is, dat we in hoog tempo afstompen door die teleurstellingen en eelt op onze ziel krijgen. Het is net alsof we ergens wat dovig worden voor de taal van de seksualiteit, en alsof we daarom steeds harder tegen elkaar gaan praten. Maar misverstanden hier blijven pijnlijk.

Bij een ontmoeting niet alleen een hand, maar ook een paar zoenen krijgen, betekende dat je echt hártelijk welkom was. Maar heel vaak betekent het ook niets meer. Kleren dragen met flink wat bloot die je lichaamsvormen accent geven betekende dat je te krijgen was, het was de boodschap uitzenden van: verleid me. Heel vaak betekent het niets meer. Maar allerlei mensen uit andere culturen begrijpen dat niet, en gaan er van uit dat allerlei Westeuropese vrouwen te krijgen zijn.

Het lijkt me dat van christenen wordt verwacht dat ze hier zorgvuldig zijn, zoals ze overal zorgvuldig hebben te zijn in het spreken van de waarheid. En dat van christen-ouders en ouderen wordt verwacht dat ze hun kinderen deze taal leren spreken. Seksuele opvoeding is niet maar dat je vertelt hoe het gaat en wat wel en niet mag, maar is als het goed is helemaal geïntegreerd in het geheel van je opvoeding. Je leert je kinderen hoe ze zich moeten verzorgen en kleden en opstellen, probeert ze te leren wat je zegt met een houding, een zoen, wat het verschil is tussen een zoen op de wang en een zoen op de mond, of een intieme zoen, wat je uitdrukt met seksuele gemeenschap, en waarom die juist dáárom alleen in een huwelijk thuis hoort, en zo voort.

Juist tegenover al die vormen van lege seks, van lege omgang en bijna dierlijk gedrag om ons heen komt het hier op aan. Want anders gaan ook wij elkaar beschadigen en misverstaan. Als je iemand hartelijk verwelkomt, laten die zoenen dan werkelijk staan voor wat ze betekenen. Als je geen verkering met iemand wilt, zoen dan ook niet intiem. Als je geen totaal-relatie met iemand hebt, waarin je je veilig kan voelen omdat je hebt afgesproken dat je altijd alles met elkaar delen zult, zèg dat dan ook niet met je lichaam door met elkaar naar bed te gaan. Je zegt dat onontkoombaar, zo zijn mensen nu eenmaal gemaakt. Je wordt één met elkaar, en je zegt dat metterdaad. Als je daarin een paar keer bedrogen wordt kan het zomaar gebeuren dat je niet meer in staat bent om nog werkelijk één met een ander te worden, om je nog werkelijk helemaal aan een ander te geven. Het hoort echt op een dieper niveau bij elkaar: veel losse en lege seks en veel, heel veel echtscheidingen. Maar God wil niet dat wij ons laten drijven door onze hormonen en instincten. Zèg werkelijk de waarheid met je lichaam. Laat zien dat je te vertrouwen bent.

En heb dan ook maar het lef om hierin alleen te staan, of met weinig te zijn. Het is echt niet gezond voor mensen om je uit te leven in lege seks, seksualiteit die niets zegt, of waar iets heel anders achterzit. Dat er zoveel mensen hard en cynisch zijn tegenwoordig heeft ook hier mee te maken. Dat zoveel mensen hunkeren naar echtheid, naar echte liefde en warmte, en een relatie waarin woorden èn daden werkelijk iets betekenen, is niet voor niets zo. Seks ís geen genegenheid, je kunt genegenheid uitdrukken in bepaalde vormen van seksualiteit. Seks ís geen liefde, je kunt liefde uitdrukken in allerlei vormen van seksualiteit. Anders wordt het allemaal hol en leeg, en blijf je over met de kater.

God verheerlijken met je lichaam, je doet het door bewust waarheid te spreken met je daden, door je seksualiteit te laten spreken van wat er werkelijk is.


Tenslotte: de opdracht om God te verheerlijken met ons lichaam is positief. Het gaat niet maar om allerlei dingen die niet mogen, maar om een positieve uitdaging: doe iets waars, iets goeds met je lichaam. Zorg goed voor jezelf, kleed je goed, geniet van sport en van lekker werken, laat maar uitkomen dat je vrouw bent, dat je man bent.

God spreekt in de bijbel niet zuur en zuinig over seksualiteit en over de omgang tussen man en vrouw. Hij is juist ruimhartig en openhartig. Expres heb ik daarom ook het begin van Hooglied gelezen, daarnet. Lees dat boekje vooral thuis nog eens door in een aansprekender vertaling. Als seksualiteit wáár is, is het één van de mooiste dingen die God mensen gegeven heeft. Zó mogen we er dan ook over spreken en er vorm aan geven. Zo mogen we het onze kinderen doorgeven.

God verheerlijken met je lichaam, dat begint met je eigen lijf ontvangen als een goede gave van God aan jou, het ontdekken en ervan kunnen genieten omdat het mooi is. Leer je eigen kracht en mogelijkheden kennen. Aanvaard je zwakheden en onmogelijkheden. Zorg voor jezelf.

Leer dan ook jezelf geven in allerlei relaties. Leer werkelijk een hand geven, of een arm, een zoen, een knuffel. Leer de waarheid spreken met je houding en je daden. Leer in je huwelijk jezelf geven aan elkaar en geniet daar vooral van, helemaal, als de complete mens die je geworden bent. En dat zijn maar hoofdlijnen. God daagt ons uit die hoofdlijnen zelf creatief in te vullen en uit te werken. Positief en persoonlijk. Laten we ons daarbij niet van de wijs laten brengen door wat we om ons heen allemaal horen. Dat zou jammer zijn. Want God wil dat wij Hem verheerlijken, niet maar door wat psalmen te zingen, maar ook met ons lichaam. Dat is een veel omvattende opdracht, prima, maar ook een goede, een menselijke opdracht: doe het bewust en positief. Amen.


<<<