Lucas 2:29-32

Orde van dienst (Kampen middagdienst)
Liedboek gezang 397
lezen Jesaja 49:1-9
Psalm 100
lezen Psalm 131
Psalm 4,3
tekst Lucas 2:29-32
Gezang 2,1.2 ... 5
Gezang 9

Loenen-Abcoude 31/12/00

<<<


Broeders en zusters, geliefd in onze Heer, Jezus Christus,


Heengaan in vrede, dat hebben we weer een heel jaar mogen doen. Hoe een voorganger het ook zegt, altijd weer is dat besloten in de zegen aan het einde van een kerkdienst: we mogen verder gaan, ons leven weer in, in vrede. Nu we samen het jaar besluiten wil ik dat graag even apart voor de aandacht zetten. Tenslotte gaan we ook dit jaar uit, ons leven van het komende jaar in, in vrede. En ik wens u allen toe dat de vrede waar het dan om gaat werkelijk neerdaalt over het afgelopen jaar.

Die vrede is niet zomaar vrede. Er zit een geheim in. Het is een vrede die van God komt en die alle verstand te boven gaat. Een vrede waarin het niet gaat om iets begrijpen, maar om rust bij iemand vinden. Het heeft altijd weer, op afstand, iets van de vrede waar Simeon het over heeft, hier: Nu mag ik in vrede heengaan, want mijn ogen hebben uw heil gezien. Vrede, omdat Jezus er is, we in Hem onze Redder hebben, en dankzij Hem God als Vader en de bezieling van zijn Geest.

Daar gaat het steeds weer om in een kerkdienst, nietwaar, dat we samen letten op de Here Jezus, op God zoals Hij in Hem zich aan ons geeft. Dat we, op onze manier, anders dan Simeon, in Hem ons heil, onze redding, genezing, heelheid, zien. Als we Hèm gezien hebben, en ons aan Hèm toevertrouwen in geloof, hoop en liefde, dán kunnen we in vrede heengaan, net als Simeon, en in héél ons leven rust bij Hem vinden.

Het hoeft daar niet eens rustig voor in je leven te zijn. Vrede is een diep woord. Je kunt ook vrede vinden omdat je eindelijk eens bij iemand helemaal uit kon huilen. Je kunt ook vrede vinden omdat je beseft dat er midden in alle drukte en chaos Iemand naast je staat en je steunt: je staat er niet alleen voor. Je kunt ook vrede vinden omdat je mocht opbiechten wat er mis gegaan was en wat je mis gedaan had, en die Ander je niet afwees of kleineerde. Vrede omdat er Iemand voor je is, die nu eens niet zegt: jij ook altijd...

Het hoeft daar ook niet meteen rustig voor in je leven te worden. De gevolgen van je kwaad kunnen blijven, de drukte en de chaos hoeven niet te verdwijnen, en het verdriet kan ook best eens door blijven schrijnen. Je kunt er vrede mee hebben omdat er Iemand is die echt van je houdt en met je mee leeft. Als we Hem hebben gezien, ons heil, kunnen we toch, op onze eigen manier, meezingen met Simeon.


Ja, Simeon. Maar Simeon ging sterven, toch? ’Nu laat U, Heer, uw dienstknecht gaan in vrede, naar uw woord’, dat betekent toch zoiets als: nu kan ik rustig sterven? Ja, misschien wel. Misschien komen Simeon woorden daar inderdaad op neer. Ik weet het zo zeker niet, maar goed. Kunnen wij dat zomaar meezingen? Terwijl we leven? En graag nog wat langer leven ook.


Waar komt die vraag eigenlijk vandaan? Wat maakt dat eigenlijk uit, of Simeon gaat sterven en wij nog tien of twintig of misschien wel tachtig jaar te leven hebben? Moet je dan pas vrede hebben als je gaat sterven? Komt het er dan pas echt op aan? Ik ben bang dat wij inderdaad vaak zo denken. We zijn druk en bezig, voor we het weten zelfs heel druk en rusteloos. We kunnen nauwelijks onze aandacht erbij houden als het gaat over de Here Jezus, over God, over de rust die God geeft en over het relaxte leven dat Hij uitdeelt. Met onze gedachten zijn we al weer verder, bij wat er morgen komt of wat overmorgen te doen staat. Vanavond denken we meer aan volgend jaar dan aan 2000. En dinsdag gaat alles weer verder. Als we het redden is dat vrede genoeg.

Maar als het vanavond nu eens afgelopen zou zijn. Twaalf uur slaat de klok en geen nieuw jaar. Nee, dan zouden we een heel andere vrede nodig hebben. Dan moet je er op aankunnen dat het goed komt met jouw leven in 2000 en daarvoor. Dan moet je niet meer zo gefrusteerd en gespannen zijn over alles wat er gebeurd is. Dan moet je dingen kunnen loslaten. En daar vrede mee hebben. Anders kun je niet rustig sterven, toch? Kortom: straks uit de kerk heengaan in vrede, omdat wat er ook gebeurt de Here Jezus van je houdt en bij je is, dat hoef je pas serieus te nemen als je zo’n beetje dood gaat.


Nou, dat is dus niet de bedoeling. En we hoeven dus ook niet moeilijk te doen over het feit dat Simeon ging sterven en wij hopelijk niet. Dat is zo één van die dingen die bij ons christelijk geloof hoort, dat de grens tussen leven en sterven niet zo groot en hard en ondoordringbaar meer is. Als Jezus zelf sterft aan het kruis citeert hij een psalmvers: In uw hand beveel ik mijn geest, dat doorgaans gebruikt werd bij het slapen gaan. Als Simeon gaat sterven, nu hij het reddende Kind van God gezien heeft, gebruikt hij taal die doet denken aan een gewone afscheidsgroet: ga heen in vrede. Troost in leven èn sterven, daar ging het toch om in een gereformeerde kerk?


Meezingen met Simeon dus, op onze eigen manier. En gebruik dan ook maar rustig dat verschil dat er nu eenmaal is voor onze beleving, dat verschil tussen gaan sterven en doorleven. Probeer het maar eens uit vanavond, als je toch terugdenkt aan het afgelopen jaar. Wat zou het uitmaken, als dit je laatste jaar was? Wat zou dat betekenen voor hoe het allemaal gelopen is op je werk? Wat mislukt is, hoe erg is dat eigenlijk? Wat je heel goed afgegaan is, hoe belangrijk is dat, als puntje bij paaltje komt? En hoe het gaat met je kinderen, kun je dat loslaten? kun je dat overgeven? kun je daar vrede mee hebben? En als je nu eens dood gaat, voel je dan je lange tenen nog, waar die en die op heeft gestaan? Probeer het maar eens. Je zult zien dat vanzelf die dingen je voor de aandacht komen waar je nog helemaal geen vrede mee hebt, die je bezig houden, gevangen houden. Al die dingen die je in het afgelopen jaar nog niet werkelijk met de Here Jezus in verband gebracht had, maar een eigen plek hebt laten houden. En die je van je vrede hebben beroofd, en misschien wel van je nachtrust ook.


Mijn ogen hebben uw heil gezien, licht voor de volken, heerlijkheid voor Israël. Dat is het geheim van alle christelijke vrede. Je moet er wel goed voor kijken. Bidden om de Heilige Geest, dat je ogen er voor geopend worden, en het door kan dringen. Simeon zag een klein kindje, een paar dagen oud, en twee heel gewone ouders. Meer niet. Wij horen en lezen alleen van Jezus. Simeon heeft Hem gezien voor ons, en Maria en Jozef, en de apostelen, en vele mensen meer. Maar dat Hij er nog zo is voor ons, dat zien we met onze mensenogen zomaar niet. Het is horen, tot je door laten dringen, en geloven. Het is Hem er bij zien in je leven en dan vrede vinden.

Laten we zo dan ook terugkijken op het oude jaar, met Hem erbij. Dan zie je niet alleen meer wat er gebeurd is, maar tegelijk naar wie je toekunt met wat er gebeurd is, bij wie je rust kunt vinden over wat er gebeurd is. Noem het maar op, het maakt niet uit wat het is. Twee broeders uit onze gemeente zijn naar Hem toe gegaan. Verdriet, opluchting, gemis, van alles wat je nog had willen zeggen of doen, noem maar op, je kunt het delen met Christus, en vrede vinden bij Hem.

Beslissingen waar je altijd nog over twijfelt of je er wel goed aan gedaan hebt. Het succesjaar waar je zo nog opgewonden van kunt raken. De pijn die maar niet over wil gaan. Je geweten dat maar niet stil wil worden. Blijdschap over echte liefde, die je meeneemt. Onmacht bij kapotte relaties, ruzie en verwijdering. Dat gevoel van ’dit komt nooit meer goed’. Nieuw leven waar je je zorgen over maakt: hoe zal dat gaan? Je kind, waar je diep mee verbonden bent, maar dat toch een eigen leven leidt. Je kent je eigen krachten niet en weet niet wat je zult gaan doen. Dankbaarheid over genezing, over nieuwe energie. Je werk van alledag, waar je zin in hebt, of juist niet. De mallemolen van het huishouden en al die dingen die nooit af komen. Dat feest dat juist dit jaar zo mooi was. Noem maar op.


Het krijgt allemaal pas echt z’n plaats als je de Here Jezus er naast ziet, open, bereikbaar, goed, vol van vergeving en nieuw leven. Zo was Hij er het hele jaar. Telkens weer mochten we in zijn naam naar ons leven terug gaan in vrede. Niets was te klein voor Hem, niets te groot. En nog niet. Wat ons nog achtervolgen zou, Hij wil het overnemen. Wat ons in z’n greep houdt, Hij wil dat we het aan Hem overgeven en vertrouwen op zijn zorg. Kijk nog eens naar Hem, en dan naar dat oude jaar. Kun je er dan vrede mee hebben? Desnoods toch vrede, ondanks alles? Dan kunnen we met Simeon meezingen, en zometeen naar huis gaan, in vrede, in Jezus’ naam. Amen.


<<<